Oorkondenboek van het Land van Kessel bewerkt door Historische Studiegroep "Land van Kessel" Venray 2007
|
||||
|
||||
|
Index | |||
klik op de data om bij de oorkonden te komen. | |||
1279 september 27 | |||
|
|||
1286 oktober. 31 | |||
|
|||
1352 juli 9 | |||
Reinald, hertog van Gelre, graaf van Zutphen ontslaat Johan van Broekhuizen, Willemsz zijn ambtman in het land van Kessel van de eed aan hem gedaan, en voorts belevende zijnn broer Edward en de heer van Blaarsvelt te huldigen. |
|||
1365 oktober 31 | |||
1369 | |||
Schatting van den Land van Gelre voor het Overkwartier en de Betuwe van 1369 | |||
1375 april 17 [Paasstijl 8 april] | |||
Daniel van Apelteren, ridder en vrouwe Willem,
zijn wettige echtgenote oorkonden dat zij tot een vergelijk gekomen zijn met
de Abdis en het convent van Roermond van de Cisterciënser orde, in die zin
dat noch zij of hun erfgenamen enig recht ofaanspraak kunnen maken op de
tienden van Oostrum.
|
|||
1379 juli 8 | |||
|
|||
1380 z.d. | |||
|
|||
1380 juli 27 | |||
Oorkonde waarbij hertog Willem van Gulik en hertogin Maria van Gelre echtlieden de privilegies bevestigen voor de inwoners van landen van Kriekenbeek en Kessel. | |||
1406 juli 7 | |||
|
|||
1406 september 8 | |||
Nog geen regest. | |||
1415 februari 2 | |||
Akte waarbij Symon van Enckenvort door Reinald IV, hertog van Gelre, etc. beleend wordt met de hof toe Enckevort gelegen onder Helden, hierbij zijn de leenmannen Johan Schelart van Obbendorp en Johan van Broichusen. |
|||
1423 april 23 | |||
Nog geen regest. | |||
1423 oktober 1 | |||
Nog geen regest. | |||
1425 april 14 | |||
Johan, her van Wycrade en zijn broer Derick oorkonden dat zij jaar en dach het goed gelegen te Sevenum welke zij verkocht hebben aan Arnt heer van Blitterswijck en zijn huisvrouw Lijsbeth van der Docnk zullen vrijwaren ingevolge van een schepenbrief. |
|||
1430 augustus 20 | |||
Nog geen regest. | |||
1431 mei 27 private | |||
Nog geen regest | |||
1450 maart 22 | |||
Hertog Arnold verklaard dat het klooster van de Karthuizers binnen Roermond een deel van de tienden van de nieuw ontgonnen gronden hebben verkregen, vanwege uizondering mogen zij deze behouden mits de jaarlijkse inkomsten niet boven het bedrag van zes Rijnse guldens komt. Beveelt tevens aan Johan van Broekhuizen, heer tot Loe en tot Geysteren om deze oorkonde mede te bezegelen | |||
1451 december 12 | |||
Akte waarbij de schepenen van Oesterham [Oostrum] verklaren dat Gaedert van Harff en Adriaan van Broekhuizen, ridders afstand hebben gedaan van een wijer bij Gaederts moelen gelegen vlak langs de beek met een kamp bij de kapel van Oostrum gelegen, ten gunste van kanunniken regulieren tot Oostrum. Hendrik van Merwijck, richter en Borchsaet te Geysteren zegeld op verzoek van de schepenen die geen eigen schependomszegel hebben. | |||
1454 augustus 23 | |||
Arnold hertog van Gelre en Gulik, graaf van Zutphen verklaart dat zijne onderdanen van Oostrum tot de klokkenslag, schattingen en beden tot het kerspel van Venray toebehoort. |
|||
1467 maart 25 | |||
Nog geen regest. | |||
1493 september 14 | |||
De kapelmeesters van Tienraij beloven dat zij, samen met de andere ingezetenen van Tienraij, een erfpacht van ‘alsulcker maenwer roggen’ als Wouter van Schelborch gewoon was jaarlijks aan de kerspelkerk van Swolgen te betalen, vanaf nu voor hun rekening zullen nemen. Deze verplichting is met 20 gouden rijnse gulden losbaar. |
|||
1497 maart 5 | |||
Steven van Suylen van Nijevelt, heer van Broekhuizen beleent in tegenwoordigheid van leenmannen Jan Huekelhaven namens het Kartuizer klooster te Roermond met de tienden van Broekhuizenvorst te verheergewaden met vijftien Rijnse gulden. |
|||
1500 oktober 27 | |||
Hertog Karel ontheft de ingezetenen van Kessel en Helden van zekere dienstbaarheid en vergunt hun vijftig morgen gemeentegrond tot bouwland te maken | |||
1509 maart 15 | |||
Derick, heer van Blitterswijck en Jutta van Appelteren zijn vrouw verklaren aan het klooster van Oostrum kwijt te schelden het bedrag dat hun ouders gegeven hadden voor de afbouw van de kerk. | |||
1532 juni 7 | |||
Akte waarbij Karel, hertog van Gelre en Gulik en graaf van Zutphen, heer van Groningen de Omlanden tot Coevorden en Drenthe aan het kerspel Venray toestemming verleent om 100 Hollandse morgen te verkopen, ten gunste van het kerspel om aan hun verplichtingen te kunnen voldoen. Echter de herog behoudt het recht van tijns op deze ontgonnen gronden. | |||
1533 mei 4 | |||
Voor schepenen van Blerick droeg meester Herman Kiespenninck in 1533 zijn bezittingen en rechten in Blerick over aan de provisoren van Sint-Jacobsgasthuis in Venlo. De akte is overgeleverd als een uittreksel dat in 1614 werd gemaakt. | |||
1533 juli 20 | |||
Kairl, hertog van Gelre etc. verleent aan zijn raad Jacob van Domburg, ridder, stadhouder van het kwartier van Roermond, heer van St. Aighaten, St. Janskerken, Oostrum etc. het recht om een jaarmarkt te houden binnen zijn heerlijkheid “van Oestrom off tot Lulle inden selven kerspell gelegen” op maandag na de kermis met de duur van twee dagen. | |||