| - Attestatie door Jacobus Knippenbergh x Elisabeth de Ponty
-
- Alsoo Jacobus Knippenbergh ende Elisabeth de Ponty, beyde eheluyden, staende houwelijck verkocht hebben het patrimoniael goet van hem Jacobus Knippenbergh voorss, welcke hun eheluyden aengestorven was tot Belfeldt, ende sulx voor eene somme van hondert pattacons, welcke sij eheluyden geprofiteert ende in hunne [ge]reeden gebracht hebben, ende vermits dese voorss somme van patrimoniael goet is hergecomen, soo willen en ordonneeren sij eheluyden voorss dat den langhstlevenden van hun beyde, bij aldien die wederom in den tweeden ehestant wilde treden, dat die gehalden sal wesen de hondert pattacons voorss uyt de gereede goederen aen de kinderen in desen ehestant verworven, sal uytreycken ende betaelen.
- Dat effenwel de langhstlevende van hun beyde van de voorss somme mester sal blijven sijn leven lanck ende soo langh mogen behouden. Oock bij aldien de langhstlevende in grooten noodt quaeme van geen levensmiddelen te hebben, deselve somme oock soude mogen verteeren.
- Des ter oirkonde hebben wij eheluyden voorss, beneffens den secris ende den heere cappellaen als getuygen, eygenhandigh onderteeckent tot Helden, den 11den november 1743.
- Onderstont: P. Jurgens, secris
- T’accordeert bij mij, P. Jurtgens, secris
| |