Schreurshof    door P.Schinck  fol 175

tekst in blauw geeft links aan naar onderliggende bladzijden


 

Schreurshof (register 17e eeuw);

Hendrick Schroers en Geercken Schroers gilt jaerlix en de Kerck eenen alden vlems uit t’ goed Soeterbeeck (register 17e eeuw); Willem des Schroers goet by der bodynck (1566); Jan Schreurs op Soterbeck (1670); Hermes huijs en lant op Soeterbeek (K1719); Huijs en Bongaert tot Soeterbeeck (…) Hier en is ten Naerthins Rechten behandt en te Boeck geset Willemke van der Schoot (1733); Besit in Tochte Willemke van der Schoot Wed: Thijs Schreurs, Huijs, Hoft ende Bongaert ongevehr eenen morgen gelegen op Soeterbeek (…) ter eenre Sijde Matijs Grubben Schuijre ende Weijde (…) 1744); Bij den voorss: Bondinghen gehooren Gerrit Lemmen Camp en Willem Schreurs Goedt tot Soeterbeek (1744); Schreursgoedt (1750); Henrick Gorts (1800); Johannes van Boxmeer x Frida van Gort (1849). 


Deze kleine hof het Schreursgoed Huijs of Hoff ende Bongaert lag in Soeterbeek aan de oostzijde van de Grubbenhof, kwam voort uit de hof de Bong en was cijnsroerig aan de Borcht. De bewoners kwamen van het Schroersgoed uit de Helling. De hof verdween in 1920, nu staat op die plek de Diëkeshof. Zie Huijs Hoff ende Bongaert, de kadasterkaarten van 1820 en1842, de kaart van 1897 en de Baarlose Sprokkelingen 37.