Jacques Rutten;     Nr 271.  05-01-1770    RAL, Schepenbank Helden, inv nr 29, blz 364

tekst in blauw geeft links aan naar onderliggende bladzijden


 
Testament van Geurt Engels
 
In Nomine Domini Amen
Op heden den 5e january 1770 hebben wij Gerard Crommentuyn en Peter Jeucken, schepenen der Heerlijckheyt Helden, secretaris present, ons vervoegt ten huyse van Geurt Engels aen Paningen, alwaer wij den selven eenighsints debiel van lichaem, maer in sijn verstandt ende memorie volcommen ende machtigh hebben bevonden, overdenckende de broosheyt sijner nature, sekerheyt des doodts ende d'onsekere uyre der selve. Willende daeromme van sijne tijdelijcke goederen, soo patrimoniale als collaterale, roerelijcke ende onroerelijcke bij Godt almachtigh van Hemelrijck hem verleent, disponeeren. Verclaerende derhalven bij forma van testament sijnen uyttersten wille te wesen als volght, annulleerende alsulcke testamentaire dispositiën als hij voor dato mochte hebben gemaeckt:
Eerstens beveelt den testateur sijne ziele, soo wanneer die vant lichaem comt te scheyden, aen Godt almachtigh, haeren schepper, verlosser ende salighmaker ende sijn lichaem ter gewijder aerde ende christelijcke begraeffenisse.
Tweedens verclaert den testateur hoedanigh hij in houwelijck sijnde met Anna de Bruijn, bij lottinge voor der selver legitime portie uyt haere ouderlijcke erffgoederen te deel geworden sijn de somme van achthondert guldens, dewelcke in comptante penningen moesten worden betaelt, gelijck oock gedeeltelijck van tijdt tot tijdt is geschiet; anderen deels aen capital op de gemeente overwesen. Terwijlen de voorss sijne vrouwe slgr omtrent de twintigh jaeren lanck swaerlijck kranck sijnde geweest ende tot haere expresse oppassinge eene meyd heeft moeten gehouden worden ende bekostigt worden. Uyt welckers circumstantiën is geresulteert datte voornoemde achthondert guldens, 't zie de selve hebben bestaen in comptante ofte capital, met noch ruym twee derdedeelen van 's testateurs ten voorss houwelijck gebrachte twee duysent guldens comptanten, sijn gesmolten ende respe[ctievelijck] verteirt. Vervolgens houdt den testateur dese ingecommene penningen van sijde sijner vrouw slgr genoechsaem bewesen, willende en begeirende, dat ten dyen reguarde gheen 't minste remplacement sal plaetse grijpen.
Derdens wilt ende ordonneert den testateur dat ter stondt naer sijne doodt alle sijne gereede goederen, mitsgaders de penningen staende tot laste der gemeente alhier, uyt de redenen als bij voorigen art. gededuceert, oock als gereede moeten worden geconsidereert, sullen devolveeren op Gerard Peters, Leonora Engels ende Lisbeth Engels, institueerende deselve daerinne, wij oock in d'onroerelijcke goederen van sijne sijde hergecommen. Ende bij gebreck der voorss geïnstitueerden dessens kinderen naer rata van haere ouders portie, onder expressie nochtans datte geconstitueerden de berm houter, leyers etc wat tot de schuyr of stallinge gehoorigh, ten behoeve ende gebruyck vanden huyse in statu quo sullen laeten, sonder iets van dusdanige te verbrengen.
Vierdens legateert den testateur aen d'arme gilde alhier vijftigh guldens Rurem[unts], wie oock vijftigh gelijcke guld[ens] tot missen, de welcke hij begeirt dat ten spoedighsten naer de doot tot sijne ziele laeffenisse sullen gelesen worden.
Vijfdens overmits den testateur in den jaere 1736 heeft aengecogt eenen morgen bouwlandt voor de somme van achtendertigh pattacons, welcke somme voorts commende uyt des testateurs patrimoniale goederen, soo wilt ende begeirt hij dat dit bouwlandt totten generalen boedel der onroerelijcke goederen sal verblijven,* waer tegens sijne wedersijdsche erfgen[amen] sullen gehouden wesen, de legaten art[iculi] praecedenti uyt d'erven te voldoen, wie oock 't legaet op gelijcken voeth als art[iculi] sequenti gestipuleert.
Sesdens legateert den testateur aen Johanna Gommans hondert guldens Ruremunts, ende sulx voor de getrouwe diensten lange jaeren herwaerts met aen- en ontkleeden in des testateurs debiliteyt**, mitsgaders voor dusdaenige diensten door de selve noch verder te praesteeren, welcke hondert guldens Ruremunts naer 's testateurs doot door de wedersijdsche erfgen sullen worden voldaen op alsulcken voeth ende fonds als art 5 gedesigneert.
Sevendens begeert den testateur dat naer sijne doodt twee mald[er] roggen sullen tot broodt gebacken worden ende naer 't ordinair gebruyck aen d'armen uytgedeelt, sullende den backloon van dyen uyt de gereede goederen worden betaelt.
Aldus verclaert den testateur dit te wesen sijnen uyttersten wille, denwelcken hij begeert dat naer sijn doodt in alle puncten en articulen sal achtervolgt worden, al ofschoon alle solemniteyten hier toe gerequireert niet waeren geobserveert, derogeerende de selve wel expresselijck, behoudelijck nochtans ende bij den testateur hem reserveerende te veranderen, vermeerderen of verminderen, soo dickwils hem dat gelieven sal.
In waerheyts oirconde heeft den testateur dese sijn instrument van testament, verclaerende int schrijven onervaeren, beneffens ons schepenen en secris met eygen handt bemerckt.
Actum Helden op dagh, maendt en jaere als boven.
Onderstondt en was onderteeckent:  dit + ist handtmerckt van Geurt Engels, selfs gestelt;  Geraert Crommentuyn;  Peeter Jeucken;  mij praesent H.T. Cuijpers,  secris

                                               Accordeert bij mij         H.T. Cuijpers, secris

 
 
 
* betekenis: Geurt zou dit perceel als eigen grond mogen beschouwen. Hij laat het toch in de "generalen boedel", waar dus ook de erfgenamen de Bruyn in gerechtigd zijn. De lasten die tegenover deze toegeving aan de familie de Bruyn staan lijken echter groter dan de lusten ervan. Het lijkt een “vergiftigd” cadeau aan de familie van zijn vrouw.
** debiliteyt = zwakte, slechte gezondheid.
 
N.B. Op 25-9-1775 wordt het huis van Geurt Engels verkocht, zie RAL, Schepenbank Helden, inv nr 29, blz 440)